ZWANGERSCHAP

Het algemene controle schema: 0 tot 24 weken om de 4 weken, 24-30 weken om de 3 weken, 30-36 weken om de 2 weken, 36 tot 41 weken elke week. Afhankelijk van je persoonlijke situatie zijn meer of minder controles mogelijk. Dit zullen we altijd samen bespreken.

Neem bij iedere controle je zwangerschapsmap mee. We geven persoonlijke aandacht en willen graag weten hoe het met je gaat. Ook is er genoeg ruimte voor het stellen van vragen. Na het gesprek controleren we je bloeddruk en gewicht. We luisteren vanaf ongeveer 12 weken met een doptone naar de frequentie en regelmaat van het hartje van de baby. Aan de hand van de groei van de baarmoeder controleren we de groei van de baby en bepalen de ligging vanaf 28 weken.

De werkende zwangere krijgt tijdens de controle na de termijn echo een zwangerschapsverklaring voor de werkgever.

Vanaf ongeveer 35 weken zien we graag dat de baby met het hoofd naar beneden gaat liggen. We zullen dan ook voelen of de baby gaat indalen in het bekken. De echoscopiste zal in ons echocentrum met een liggingsecho de ligging van de baby vaststellen rond deze termijn. Zo zijn we er op tijd bij indien de baby een afwijkende ligging (stuitligging of dwarsligging) heeft.

De bevalling komt uitgebreid aan bod tijdens de controle rond 35 weken. Er wordt dan extra tijd ingepland om jullie persoonlijke wensen t.a.v. de bevalling, evt d.m.v. een geboorteplan, te bespreken.